Met 2,9% inflatie en spaarrentes van slechts 1-1,5% blijft de koopkracht onder druk
De inflatie in Nederland is in 2025 gedaald naar 2,9%, maar blijft voor veel gezinnen merkbaar. Vooral de combinatie van hogere prijzen en lage spaarrentes zet de koopkracht onder druk.
Volgens de laatste cijfers ligt de inflatie in juli 2025 op 2,9%, een lichte daling ten opzichte van de 3,4% in maart. Deze daling is mede beïnvloed door minder vakantiedagen en lagere prijsdruk in toerismesectoren, meldt Drimble.
Hoewel de inflatie daalt, blijven Nederlandse gezinnen de gevolgen voelen. De prijzen stijgen nog steeds sneller dan lonen en uitkeringen, waardoor de koopkracht onder druk blijft staan. Voedingsmiddelen zijn structureel duurder geworden, terwijl brandstoffen op korte termijn in prijs zijn gedaald.
Een extra probleem is het waardeverlies van spaargeld. Ondanks de hoge inflatie bieden banken slechts een spaarrente van 1 tot 1,5%, fors lager dan de inflatie. EenVandaag wijst erop dat dit leidt tot een reëel waardeverlies van spaargeld.
Impact op verschillende groepen:
• Lagere inkomensgroepen merken prijsstijgingen direct in dagelijkse uitgaven
• Risico’s op armoede en schulden nemen toe
• Gezinnen stellen grote aankopen uit en kiezen vaker voor goedkopere alternatieven
De overheid kijkt naar loonontwikkeling en inflatie om uitkeringen en minimumlonen te indexeren, maar deze aanpassingen volgen vaak met vertraging op de daadwerkelijke prijsstijgingen. Nederland blijft bovengemiddeld gevoelig voor inflatie door hoge prijzen van met name voedsel en energie.
Zolang de inflatie boven de spaarrentes blijft en prijsniveaus structureel hoog zijn, zullen gezinnen de gevolgen blijven voelen, vooral bij noodzakelijke uitgaven aan voeding, huur, energie en vervoer.


